Als fervent niet-kijker van het format Zomergasten heb ik me vanavond over een drempel heen gezet. De aanleiding was de gast van deze avond, minister Eric Wiebes. Een man die zich vrij recent naar aanleiding van zijn rol in het aardbevingsdossier, zeg maar het hoofdpijndossier van de huidige politiek, al eens mocht verheugen in een briefje. Ik zal maar meteen met de deur in huis vallen, deze avond heeft mij alleen maar meer overtuigd doen raken dat ongeacht de gast het totaal verspilde tijd is om naar Zomergasten te kijken. Voor de kleine groep kijkers die toch nog om welke reden dan ook elke zondagavond voor de tv hangt, volgt een korte recensie van deze uitzending. Voor het gemak heb ik de recensie in drie delen opgesplitst, namelijk de gast, de presentatrice en het format.
Tag: Eric Wiebes
Briefje aan Eric Wiebes
Geachte heer Wiebes,
Vanaf de start van het *kuch* allerbeste kabinet ooit heeft ondergetekende, een geboren en getogen Groninger, met name uw functioneren in het hoofdpijndossier bevingsschade op de voet gevolgd. Ik wil u complimenteren met de slimme strategie die u hebt uitgezet. U wist de Groningers op het verkeerde been te zetten en zelfs hoop te geven op een goede afloop. Inmiddels weten we beter. Afgelopen week werd in het Tweede Kamer debat onomstotelijk duidelijk dat zelfs u niet in staat bent om alle neuzen dezelfde kant op te krijgen. U moest dan ook ruiterlijk toegeven dat u zich had verkeken op de complexiteit van het aardbevingsdossier. En dat kenmerkt uw politieke loopbaan. U bezit de opmerkelijke gave om u steeds weer te laten opzadelen met dossiers waar uw voorgangers al op waren vastgelopen. In Amsterdam was u betrokken bij de ‘ietwat te duur uitgevallen’ Noord/Zuidlijn, de ‘af en toe functionerende’ gemeentelijke ICT, het openbaar vervoer, de ‘één dag Amsterdam staat gelijk aan een verstokte roker’ luchtkwaliteit en het ‘uiterst rendabele, maar niet voor de bezoeker’ parkeerbeleid. Daarna mocht u nog even adviseren over het debacle Fyratreinen om in een ultieme poging de schade te beperken. Uiteindelijk kostte de aanschaf van de Alditreinen de belastingbetaler 11 miljard en Wilma Mansveld haar baan. Wilma is inmiddels toevallig of niet weer opgedoken in het Groningse als baas van de Veiligheidsregio. Uw voorlaatste klus kennen we de eindresultaten nog niet van, maar ook bij de Belastingdienst heeft u een complete chaos achtergelaten. De vraag is hoelang de ICT-systemen het nog uithouden.
De kolonisten van Den Haag
Al geruime tijd worden we overspoeld met negatieve berichtgeving over ons koloniaal verleden. Voorlopig dieptepunt is de naamswijziging van een populair spel dat gebaseerd is op het kolonialiseren van gebieden, namelijk “De kolonisten van Catan”. Het AD wist te berichten dat de uitgever van dit spel de naam had gewijzigd in Catan om de nare bijsmaak van het woord kolonisten weg te spoelen. Hiermee toonde het AD wederom aan de spreekbuis te zijn van een groepje beroepsgekwetsten, voornamelijk samengeklonterd in open inrichting Amsterdam, die het Nederlandse verleden hebben omarmd als hun verdienmodel. Gelukkig is daar Hart van Nederland, de spreekbuis van de periferie (lees; de nuchtere Nederlander) die dit fakenieuws naar het land der fabelen verwees. De nuchtere Nederlander is het sowieso zat om aangesproken te worden op een verleden waar ze zich niet verantwoordelijk voor voelen. Natuurlijk verdient onze geschiedenis niet de schoonheidsprijs. Uiteraard zijn er dingen gebeurd die we nu massaal afkeuren. Hoewel, we mogen ons afvragen of we wel echt van de geschiedenis hebben geleerd.
Even voorstellen; Rutte III “Vertrouwen in de toekomst”
Na de langste formatieperiode ooit in onze parlementaire geschiedenis is het eindelijk zover. We hebben een nieuw kabinet, een uitstekende zaak aangezien enige leiding altijd nodig is, en een regeerakkoord. Het regeerakkoord is uiteraard al lek geschoten door de oppositie en in allerlei media. Met name de discussies over de doorrekeningen van het CPB verbazen mij altijd weer, aangezien het CPB nog nooit een adequate berekening heeft afgeleverd. Logisch, aangezien ze in hun berekeningen geen rekening houden met allerlei onvoorziene omstandigheden en factoren. Iedere planner in het bedrijfsleven kan hun dan ook vertellen dat een regeerakkoord niet meer is dan een richtlijn voor de komende jaren. Een richtlijn waar vanaf geweken wordt zodra de omstandigheden het toelaten. Planningen, prognoses en regeerakkoorden zijn dan ook niet meer dan elastiek. Daarmee sluit het regeerakkoord naadloos aan bij de waarde die we hechten aan een verkiezingsbelofte.
Maar genoeg over de gebakken lucht die een regeerakkoord is. Persoonlijk geef ik de voorkeur aan de naam negeerakkoord. Laten we eens kijken naar de poppetjes die de gebakken lucht mogen realiseren. Ieder bedrijf kiest een stevige leiding op basis van competenties en vaardigheden. De uitzondering op de regel is trouwens het politieke bedrijf, daar verkrijg je een functie op basis van wie je kent en hoe goed je in de groep ligt. De gevolgen hebben we gezien bij Rutte II. Een Schoeversmeisje op Defensie, een oud rechercheur van de FIOD op Economische Zaken, een universitair docent informatierecht met buitengewoon verlof op Sociale Zaken en Werkgelegenheid en tevens vice-premier, een politicologe op Volksgezondheid en dat alles onder de bezielde leiding van een Minister-President afgestudeerd in geschiedenis. Tijd dus om onze nieuwe bewindslieden eens langs de meetlat te houden.
Lees verder “Even voorstellen; Rutte III “Vertrouwen in de toekomst””