Ik wijk voor niemand!

Stadshuis Delft door Jan ten Compe (rond 1750)

In 1787 stond mijn voorvader Arnold van Haeften met zijn schutters voor het stadhuis in Delft opgesteld om een groep orangisten uit Den Haag te stoppen. Diverse huizen van bekende patriotten werden geplunderd, waaronder dat van mijn bet-betovergrootvader, en in het sociëteitsgebouw van het patriottische exercitiegenootschap werd het servies met zinnebeeldige afbeeldingen van de vrijheid aan diggelen gegooid. Maar bij het stadhuis kon Arnold de ‘oranjeboven-schreewers’ en plunderaars stoppen.

Voor dit optreden ontving hij een in Oost-Indische inkt getekend eerbetoon met een kort gedicht van de bekende, Delftse dichter Gerrit Paape:

Toen hier de Haagsche muitzucht dol en uitgelaten

Verhit op roof en bloed vervulden onze straten

Heeft een Batavier de rust der stad hersteld

En met een leeuwenmoed dat monster neergeveld

                                   _

Ter gedachtenis dat enige ware vrijheidszonen onder het beleid van den Wel Edel Manhaftigen Heer

                       A.W. VAN HAEFTEN

De Haagsche oproermakers gelukkiglijk hebben gestuit

Nadat het stadhouderlijk gezag van de orangisten in Delft was hersteld, werd Arnold voor drie jaar verbannen. Toen Willem V in 1795 naar Engeland was gevlucht en de Bataafse Republiek was uitgeroepen, volgde alsnog rehabilitatie.

Wie van de Bataviristen kan op zo’n voorouder bogen, een Batavier met leeuwenmoed. De vraag die velen zich nog steeds stellen na WO II en de Holocaust, is of ze in heikele situaties dapper durven zijn. Zeker nu in West-Europa nieuw massaal geweld de kop op dreigt te steken. Ik weet dat ik bij fysiek geweld doodsbang ben. In de tram spoed ik me naar de conducteur als iemand wordt lastig gevallen en ik denk dat ik aan de noodrem zou trekken als de haren van een doof meisje in brand worden gestoken door rotjochies, zoals een aantal jaren geleden gebeurde.

In geschrifte durf ik harder te schreeuwen, als ik vind dat dat moet. Waar ik een hekel aan heb is dat indelen in hokjes, framen heet dat tegenwoordig zo lelijk. Als je bij de ploeg van Annabel zit, maak je protesterende linkse mannen met rokjes belachelijk en ben je voor zwarte Piet. Ik weet ook wel dat het in Keulen voornamelijk asielzoekers waren en ben daar verdomde boos over, maar laat die jongens toch gaan in hun rokjes. `Dat zal ze leren’, was de rechtse twitterreactie. Nee, al jullie gescheld en geframe helpen pas echt. Zal dat ze nu werkelijk leren? Ik denk dat bepaalde idioten niets willen leren. Heeft steeds maar op dezelfde manier op hetzelfde hameren zin? De politici lijken er helaas weinig naar te luisteren. Het effect is dat ik steeds minder stukjes op twitter lees, omdat ik denk wel te weten wat er geschreven wordt. Geef mij maar Carel Brendel, die geeft al heel lang interessante en feitelijke informatie.

Ik wil trouwens niet in zo’n hokje of frame worden ingedeeld. Ik vind dat er zo langzamerhand wel erg veel asielzoekers zijn, ben voor een roetpiet en tegen idioten als Appa en Anja Meulenbelt. Ik wil geen gutmensch zijn, maar ook niet starrechts. Ik wil zelf blijven nadenken en niet als ik a zeg, meteen ook b moeten denken. Binnenkort begint het Erasmusjaar: IK WIJK VOOR NIEMAND. Dat mag ik graag horen. Ik hoop dat ik het ook nooit voor framende media of fysiek geweld zal (moeten) doen.

door Marijke van Haeften


Meer artikelen in deze categorie:
[catlist categorypage=”yes”]


Auteur: Verbraak

Auteuriteit. Twittert onder de naam @Verbraak

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *