Energie is één van de levensaders van ons nietige bestaan op aarde. Zonder energie kunnen we namelijk niet overleven in ons koude kikkerlandje. In de oudheid kon het beperkte aantal Neanderthalers eenvoudig toe met een kampvuurtje gevoed met het zelf gesprokkelde hout dat in overvloed beschikbaar was. Het vuur zorgde voor enige warmte terwijl het gevangen wildgebraad het water in de mond deed lopen. Tegenwoordig doen we aan intensieve veeteelt omdat we anders niet kunnen voldoen aan onze vleesbehoefte. Jagen zit in het verdomhoekje en schijnt barbaars te zijn. Ook een fatsoenlijk houtvuurtje zorgt inmiddels voor overlast bij de buren die dan ook graag five minutes of fame invullen en de Rijdende Rechter inschakelen om het mannelijk pyromane oerinstinct te beteugelen. Onze warmte hebben we de afgelopen jaren dan ook te danken aan het kolonialiseren van het Gronings gas, waarbij de Groningers nu met de brokken blijven zitten.